Hans Heesen
In de zes verhalen in Naar Zutphen is een man aan het woord die in een observerende, droogkomische stijl over het leven vertelt. Hij beschrijft hoe hij door toedoen van anderen of zichzelf op een onmogelijke missie wordt gestuurd, om een verloren liefde in Parijs op te sporen, een Bulgaar die geen Nederlands spreekt op sleeptouw te nemen of erachter te komen wie een tas met honderden knipsels over inbraken heeft verzameld en aan de deur van zijn huis in Zutphen heeft gehangen. Steeds weer blijken die missies inderdaad onmogelijk, maar dat betekent niet dat ze niks opleveren, op zijn minst een goed verhaal dat nog een tijd in het hoofd van de lezer naklinkt.
De verhalen zijn sober, beeldend, op een gekke manier ook in de stilstand spannend - het soort proza waar ik van houd. Ik zou elke stad een verhalenbundel gunnen zoals Naar Zutphen. Thomas Heerma van Voss
Soms lees ik iets dat ik graag zelf zou hebben gemaakt. Dat overkwam me bij de verhalen van Hans Heesen, die zich afspelen in een wereld waarin alles zich volgens een vanzelfsprekende eigen logica voltrekt en die zijn geschreven in een stijl die zich kenmerkt door een jaloersmakende nonchalance. Bert Natter
Mooi is dat in bijna alle verhalen wel iets van een obsessie voorkomt, een zoektocht naar iets dat mogelijk onprettige consequenties kan hebben, maar de verteller en de lezer kan zich toch niet inhouden. Het geeft de verhalen een sterke drive; en ook iets onrustbarends, dat ik bij goede verhalen vind horen. Don Duyns
Een hilaristorische, spiritistische cascade! Kees van Kooten (over het titelverhaal)
Literair debuut van de scenarioschrijver, medeauteur van kinderboek "Camembert' (1995) en theaterdirecteur, met als uitgangspunt zijn geboortestad Zutphen, waar hij nu weer woont. De oude straten rakelen herinneringen op, die de schrijver al dan niet combineert met fictie. Met name het eerste verhaal van de zes is zeer suggestief. Als het ik-personage van de bundel, type antiheld, een tas vol krantenknipsels over inbraken aan zijn deurknop vindt, gaat er van alles in hem om. Binnen de verhalen bestaan nog andere, functionele verhaallijnen, in heden en verleden. De ik-persoon doet wonderlijke dingen, maakt bijzondere keuzes, waardoor lezers vanzelf gaan interpreteren. Hoe eenvoudig de vaak droogkomische schrijfstijl ook is, makkelijk te doorgronden zijn de wat springerige verhalen zeker niet. Er zit niets anders op dan je te laten meevoeren en dat is geen straf. Prachtige personages komen voorbij, zoals de spiritistische overgrootmoeder. De oorlog speelt ook een rol. Verhalen die pakken. (NBD/Biblion)