Thomas Bernhard
De gevangene Kulterer, die uit de discipline van de gevangenis, waar hij verhalen schrijft, in de hopeloosheid van de buitenwereld gestoten wordt; de landeigenaar die, als er in het paviljoen onder zijn regie een stuk zou worden opgevoerd, zelfmoord pleegt; en de broer en zus die naar de boomgrens reizen, waar alles ophoudt te bestaan en elke vorm van leven bedreigd wordt.
In de drie verhalen van Op de boomgrens (1969) is van misnoegen geen sprake, althans niet expliciet. De schrijver is met zijn personages begaan, zonder ook maar een spoor van sentimentaliteit. De boomgrens is te zien als een pijngrens, waarop het leven nog maar net uit te houden is.
Bernhard op z’n best.
De Oostenrijkse auteur Thomas Bernhard (1931-1989) gaf in proza en drama lucht aan zijn vele ergernissen. Bernhard grossiert in enigszins cholerische hoofdpersonages, die uitvergrotingen van hemzelf mogen heten. Daaruit is zijn niet malse commentaar op de menselijke activiteit af te lezen. Overigens, in de dagelijkse omgang was Bernhard naar het scheen de minzaamheid zelve.
De drie verhalen:
Kulterer
De Italiaan
Op de boomgrens
Oorspronkelijke titel: An der Baumgrenze
Uit het Duits vertaald en van een nawoord voorzien door Gerard Bes en Philip Grisel
Voor meer van Thomas Bernhard zie ook de romans Houthakken, De onderspitdelver en Uitwissing. Evenals de verhalenbundel Goethe sterft.