Han van der Vegt
Niets van wat ik schrijf is verzonnen, niets is vervormd. Of ik het gezien of gehoord heb weet ik niet meer, maar het is gebeurd, niet in de werkelijkheid, niet in de taal, maar in mijn eigen lichaam.
De gedichten in Oker worden gekenmerkt door een aards en lyrisch karakter waarin bijbels georiënteerde, lichamelijke en kosmische metaforen de overhand hebben. Van der Vegt zoekt ruimte en bindt haar zware schoenen aan. Tussen al de beperkingen en verstikkingen wordt ons onvermogen ruw en hilarisch verbeeld.
Van Han van der Vegt verscheen eveneens bij IJzer Pilonder