Arnoud van Adrichem & Jan Lauwereyns
Het riool is het debuut van Arnoud van Adrichem en Jan Lauwereyns.
Het bevat 9 lange gedichten:
Fagocytose
Overzeese stad
Maren van de beul
Rat
Op zwart
Het laatste restje zuurstof
Heathcliffe, orbitofrontaal
(slapend gedicht)
De zee en de spiegel
Als duo debuteerden Jan Lauwereyns en Arnoud van Adrichem in 2010 met Stemvork, een bundeling essays, gedichten en vertalingen. Het gewisse van herhaling dicteert dat de harmonie een echo krijgt, en inderdaad, de literaire samenzang wilde niet slechts eenmalig zijn. In de afgelopen zes jaar schreef het duo zijn eerste volledige dichtbundel, Het riool, waarin het dichterschap afdaalt in de donkerste krochten en holen van onze wereld. Tijdens de reis stuiten we onder meer op een beul met twijfels, Mexicaanse drugsbaronnen, zich onaantastbaar wanende doelwitten en op Rat, die ranzige sprookjes vertelt aan de vlooien in zijn vacht. In het duister zijn Lauwereyns en Van Adrichem niet van elkaar te onderscheiden, hun stemmen vloeien in elkaar over, samen gaan ze finaal op in ‘de onwrikbare logica van het riool’.
Vooruit dan, een amuse, het begin van:
Overzeese stad
Nihil tot aan de knie?
Nihil tot op de enkels.
Een val in de honing, een slipje van de dij.
Uit het donker van de larynx
een voortijdige climax,
een langgerekte schreeuw.
Het raam uit, met de winden mee,
diep de strot van de nacht in.
Nog even,
meneer, mevrouw,
voor uw orgasme
nahijgt in het binnenoor
van onze privédetectives.
Zo’n rapport schrijft zich helemaal
vanzelf natuurlijk.
Veelkleurig? Woordloos.
Makkelijk verdiend.