Emma Crebolder
Op 18 banen van het golfterrein maakt Emma Crebolder - in 18 gedichten - duidelijk wat sport met poëzie van doen heeft. Crebolder trekt er op uit. De gedichten spelen zich af in tien verschillende Europese landen. Bij lezing blijkt al snel dat ook poëzie een intrigerende sport is als zij op deze manier wordt bedreven.
Gedicht uit de bundel:
Uitgebluste genen
Wittem
Geen weitas, maar onschuldig staal
zonder loop of kogel, zelfs geen
-Ga mee naar buiten allemaal
dan zoeken wij de wielewaal-.
Het is er wel in uitgebluste genen
waar we van jacht en marsgeschal
de resten lacherig verzwegen,
beschaamd en met gekromde tenen.
Ik wil mij soms nog vierendelen,
wil met ijzers aan de bomen
waan mij zot om dit gezeul.
Bal, laat mij je het hol in spelen
van een gravend dier, rol weg, laaf
mijn tieren, raak mij kwijt.
Van Emma Crebolder verscheen eveneens bij IJzer Toegift