Ad Beenackers
In dit boek van 150 poëziebesprekingen worden 500 ultrakorte gedichtjes geciteerd, bekeken, geschreven en bewerkt. Het zijn vooral haiku's en tanka's, zowel uit Japan als oorspronkelijk Nederlandstalig. Om de overeenkomsten en verschillen met andere poëzievormen zichtbaar te maken, worden daarnaast ook andere gedichten aangehaald. Daarbij wordt in het bijzonder aandacht geschonken aan het poëtisch aforisme, dat als dichtregel ook furore maakt op gevels en monumenten.
De auteur is een dichter en geen literator. Hij publiceert regelmatig in de tijdschriften Vuursteen en Concept. Ook De Gids heeft werk van hem opgenomen. In zijn besprekingen gaat hij niet op de stoel zitten van de letterkundige. Hij kruipt ook niet in de huid van de dichter. Hij eigent zich de gedichten toe en doet er vervolgens mee wat hem goeddunkt.
Behalve het enthousiasme van de auteur en zijn persoonlijke invalshoek, werkt vooral ook de creatieve wijze waarop hij met (andermans) teksten omspringt, zo aanstekelijk, dat de lezer er gemakkelijk door verleid kan worden ook zelf korte gedichtjes te gaan schrijven. Dit boek bevat alle ingrediënten die daarbij behulpzaam kunnen zijn.
Van Ad Beenackers verscheen eveneens bij IJzer Ledig Erf, stel mij niet teleur
