Edgar Hilsenrath
Der Nazi & der Friseur is verrassender dan Nacht. Hilsenraths roman Bronskys Geständnis is grappiger dan Nacht. Jossel Wassermanns Heimkehr is liever en weemoediger dan Nacht. Das Märchen vom letzten Gedanken zit beter in elkaar dan Nacht. En Ruben Jablonski leest makkelijker weg dan Nacht. Maar Hilsenraths beste roman blijft Nacht.
Uit het nawoord van Arnon Grunberg.
Over Nacht
In zijn opmerkelijke debuut, Nacht, maakte Hilsenrath een inventaris van de gruwelijke taferelen die in het getto op zijn netvlies waren gebrand. Het boek werd een zuivere dissectie van het kwaad. In Nacht leggen moraal en mededogen het af tegen zelfbehoud.
De pers over Nacht:
Edgar Hilsenrath heeft zijn roman gebaseerd op zijn eigen verblijf in het getto van Mogilev-Podolsk, in de Oekraïne. Hier stierven in vier jaar tijd 40.000 mensen, een cijfer dat eerst verbijstert, maar vervolgens toch slechts een cijfer is. De gevoelens die daarbij horen, worden overgebracht met literaire middelen. Met huiveringwekkend resultaat. – NRC
Nacht is Hilsenraths beklemmendste roman. – Vrij Nederland
Nacht laat goed zien waarom Edgar Hilsenrath behoort tot de meest belangwekkende schrijvers van de Duitse taal. - Trouw
Als u dit jaar één boek leest, lees dan Nacht. - Knack
Nacht is onvergetelijk en onvergankelijk. - De Morgen
Gelukkig is Nacht nu in een nieuwe, uitstekende vertaling beschikbaar voor het Nederlandstalige publiek. - De Standaard der Letteren
Inhoud
In 1941 krijgt Roemenië van bevriende natie Duitsland een deel van de Oekraïne. Het fascistische regime in Boekarest deporteert de Roemeense Joden naar dat gebied. Niet om daar middels massamoord van ze af te komen, maar om ze langzaam in een getto te laten creperen. Daartoe worden ze afgesneden van voedsel en andere levensbehoeften. Een door de regering opgerichte Joodse politie houdt toezicht en zorgt ervoor dat de allerzwaksten worden opgepakt en verwijderd.
Deze in zichzelf besloten, op overleven gerichte wereld is de achtergrond van Nacht. De twee hoofdpersonages zijn Ranek, een gedeporteerde Jood die probeert te overleven, en het getto, waar aparte wetten gelden. In het getto worden door de bewoners steeds meer grenzen over-schreden. Niets menselijks blijkt hier vreemd. In de wereld van de doden leggen moraal en mededogen het af tegen zelfbehoud.
Auteur
Edgar Hilsenrath die in 1926 in Leipzig werd geboren, leeft sinds 1975 in Berlijn. Na de machtsovername van Hitler en het begin van de Jodenvervolging vlucht hij in 1938 met zijn moeder en broer naar zijn grootouders die in de Boekovina in Roemenië wonen. In 1941 wordt het gezin naar het Joodse getto in de Oekraïense stad Mogilev-Podolski aan de Dnjestr gedeporteerd, een stad die door de oorlog verwoest is. Het gezin overleeft en wordt in 1944 door de Sovjets bevrijd. De auteur gaat eerst naar Palestina. Vanaf 1951 leeft hij in de Verenigde Staten tot hij terugkeert naar Duitsland. In de VS schrijft hij meer dan tien jaar aan zijn romandebuut Nacht. Hilsenrath is in Nederland vooral bekend door de vertalingen De nazi en de kapper en De terugkeer van Jossel Wasserman.
Oorspronkelijke titel: Nacht
Uit het Duits door Willem Desmense, Chrétien Breukers en Ingrid ten Bos