Robert Pinget
Meneer Songe, een oudere heer die na zijn pensioen in de Midi is gaan wonen, noteert dagelijks zijn overpeinzingen en belevenissen. Hij heeft het over zijn haat-liefdeverhouding met zijn huishoudster Sosie, over zijn innige gevoelens voor zijn nicht Siso, maar vooral over zijn strijd tegen de ouderdom: zijn schrijvende alter ego doet heroïsche, soms potsierlijke pogingen om zich tegen de aftakeling teweer te stellen.
Twintig jaar lang krabbelde Robert Pinget (1919-1997) naast zijn werk, ter verstrooiing, de verhaaltjes van Meneer Songe neer. In dit verkapte zelfportret, verschenen in 1982, schetst hij op mild-ironische toon een indringend beeld van de afbrokkelende denkwereld van veel ouderen. De spanning tussen onmacht en volharding geeft hij weer in een sobere, doeltreffende stijl, met een scherpe maar liefdevolle blik. Het nuttigen van een dessert of het kibbelen over al dan niet gedane boodschappen worden onder zijn hand tot onweerstaanbaar komische taferelen. Zelden was tragiek zo lichtvoetig en lichtvoetigheid zo tragisch.
Meneer Songe is een sprankelend hoogtepunt in Pingets oeuvre, en een klassieke illustratie van een literair archetype: de meneer.
Daarom moet je Meneer Songe dóórlezen, van a tot z, omdat hij net als sommige andere figuren van Pinget pas dan zijn ware proporties krijgt, als vat vol tegenstrijdigheden, gelogen waarheden en ware leugens, misleidende herhalingen, correcties, pseudo-diepzinnigheden, maar ook intelligente observaties en ontroerende bekentenissen. (Jacq Vogelaar)
Van Robert Pinget verscheen ook bij IJzer: De verlossing, Vrijbuitersgraal, Passacaglia, Theo of de nieuwe tijd, Iemand & De vijand
Oorspronkelijke titel: Monsieur Songe
Uit het Frans vertaald door Maaike van den Hoek